Eigen geld starters in drie jaar tijd vrijwel verdubbeld
Samen met Independer publiceren wij ieder jaar de kansen van starters op de woningmarkt. Alleenstaande starters met een modaal inkomen hebben in 2022 gemiddeld een bruto jaarsalaris (€38.000) nodig voor de aankoop van een eerste woning. Dit bedrag is eigen geld en staat dus los van het maximale hypotheekbedrag. In drie jaar tijd is het bedrag dat je mee moet nemen om een huis van 60m2 te kunnen kopen vrijwel verdubbeld. In Amsterdam moet iemand die modaal verdient ruim €253.000 zelf inleggen en in stad Utrecht is dat ruim €145.000. Uit de enquête van Independer blijkt dat acht van de tien starters twijfelt ooit nog een woning te kunnen kopen.
Bron: Independer
Een alleenstaande starter met een modaal inkomen (€38.000) moet voor een woning van 60m2 veel eigen geld meenemen. Dat gaat gemiddeld om €38.251. Meer dus dan een bruto (!) modaal jaarsalaris. In de grote steden moet je nog veel meer eigen geld inbrengen. Marga Lankreijer hypotheekexpert van Independer: ”Dit bedrag is nog extra bovenop de maximale hypotheek die je kunt krijgen. Het gaat dan bijvoorbeeld om spaargeld of een schenking”. Ook het forse overbieden op een woning, dat nu gebruikelijk is, kan vaak niet in het hypotheekbedrag worden opgenomen. “Dat moet dus met jouw eigen centen gebeuren. Vreemd genoeg moet je nu in je tienerjaren al gaan sparen voor je eigen huis later”, aldus hypotheekexpert Lankreijer.
Uit het onderzoek blijkt dat een starter in 2019 nog in 250 gemeenten kans op een woning van 60m2 had, nu is dat nog maar in 160 gemeenten. Independer-expert Marga Lankreijer: ”In de provincie Utrecht is er geen enkele gemeente meer waar je als alleenstaande starter met minder dan €38.000 eigen geld terecht kunt”.
Drie jaar geleden moesten alleenwonende starters gemiddeld nog ‘maar’ €22.000 eigen vermogen meenemen. “Inmiddels is dat opgelopen tot gemiddeld ruim €38.000. Bijna een verdubbeling dus. Het gaat dan om mensen met een modaal inkomen die hun hele jaarsalaris, bruto, op de plank hebben moeten liggen. Dat moet je maar hebben”, aldus hypotheekexpert Marga Lankreijer. Maar het kan nog extremer. In 16 gemeenten kon je voor het eigen geld dat je nu moet inbrengen in 1995 nog een gemiddelde woning kopen. In Amsterdam is dit verschil het grootst. Voor het eigen geld dat je nu in Amsterdam moet meenemen, kon je daar in 1995 nog zelfs 2,5 woning kopen.
Jongeren zien het somber in
Onafhankelijk onderzoeksbureau Q&A heeft onderzoek gedaan onder starters. 78% van de respondenten (jongeren tot en met 35 jaar zonder koophuis) twijfelt of ze door de stijgende huizenprijzen ooit nog een huis kunnen kopen. Dit aandeel was drie jaar geleden nog 53%. De twijfels om ooit nog een geschikte woning te vinden zijn dus enorm gestegen bij deze doelgroep.
Woningnood overstijgt de Randstad
Wil je als alleenstaande starter een woonoppervlak van 80m2, dan blijven er nog maar 42 van de 352 gemeenten over waar de starter een redelijke kans heeft om een woning te vinden met €20.000 op zak. Het is dus niet alleen in de Randstad moeilijk voor starters om een woning te vinden. “Het kopen van een woning lijkt steeds meer weggelegd voor de happy few. Dit probleem begon in de grote steden in de Randstad, maar verspreidt zich nu over bijna het hele land”, aldus Sander van der Aa.
Volgens de woonexpert is er zeker sprake van een wooncrisis. “Je wil starters een kans blijven bieden op een appartement en dat ze misschien daarna met hun overwaarde kunnen doorgroeien naar een groter huis. Voor steeds minder starters zit het kopen van een eerste huis er nog in, zodat je misschien levenslang vast komt te zitten aan huren. Wij vinden dat een onwenselijke situatie”, aldus Sander van der Aa van Jumba. Een pijnlijke situatie als je de enquête van Independer erbij haalt. Want bijna 9 op de 10 jongeren (tot en met 35 jaar) zonder koophuis heeft wel degelijk de wens er ooit één te kopen.